Een tatami is een mat. Van oudsher werd hier altijd een rieten mat mee bedoeld en werden alle vertrekken in Japan ermee gevuld. Alleen de gangen tussen de vertrekken waren van hout. Op deze gangen liep men met slippers (variërend van pantoffels tot een soort teenslippers met houten zool), op de rieten matten altijd met blote voeten. De matten hebben standaard maten van ongeveer 2×1 meter. Bij hoge uitzondering vind je ook matten van 1×1 meter. Deze matten werden ook gebruikt om op te trainen in een dojo.
Tegenwoordig hebben de meeste huizen in Japan een normale vloer, waar men met slippers op loopt. Toch vind je in bijna alle huizen in Japan nog een washitsu (“kamer in de Japanse stijl”), een kamer waar de traditionele rieten tatami liggen. Deze ruimte huist meestal het familie altaar en wordt vaak tevens gebruikt als eetkamer en slaapkamer. Ook op bijvoorbeeld scholen kun je regelmatig zo’n kamer vinden, welke voor bijvoorbeeld plechtigheden gebruikt kan worden. Rechts zie je de washitsu van een middelbare school, zonder altaar.
Leuk feitje: de grootte van een vertrek in Japan wordt nog geregeld uitgedrukt in het aantal tatami wat erin past, ook als dit een kamer is waar een gewone vloer in ligt.
Judomatten
Naast de traditionele rieten matten kennen we tegenwoordig ook o.a. schuimrubber matten, die tevens tatami genoemd worden. In de volksmond worden deze meestal “judomatten” genoemd. Als je deze matten van dichtbij bekijkt zie je vaak nog een patroon in de bovenlaag staan die doet denken aan het patroon van een traditionele rieten tatami. In het westen zijn het eigenlijk altijd deze schuimrubberen “judomatten” waarop getraind wordt, in Japan verschilt dit sterk per locatie. In hombu dojo in Tokyo bijvoorbeeld traint men op een mat van riet bedekt met canvas. In veel (middelbare)school dojo traint men op de modernere schuimrubber variant.