Starten en stoppen

In menig dojo hoort men de termen “matte“, “hajime” en “yame” klinken. Net als met gaan staan en zitten zijn er ook bekende en veel gebruikte woorden voor “wachten”, “starten”en “stoppen”. Niet iedereen kent deze woorden even goed, en er worden veelvuldig fouten gemaakt door leraren.

Starten of beginnen – Hajime

Aikido Almere sumo worstelen
Twee aikidoka staan klaar voor sumo-worstelen

Hajimeru (始める) is het Japanse woord voor “starten”. Zoals altijd eindigt de gebiedende wijs op een “e”, in dit geval wordt het hajime (始め). Naast “start!” betekent hajime ook “een begin” of “de eerste keer” (als zelfstandig naamwoord), al wordt het dan meestal met een ander karakter (初) geschreven. Hajime wordt vaak aan het begin van wedstrijden geroepen om aan te geven dat men mag beginnen. Binnen aikido kennen we geen wedstrijden, maar het zou bijvoorbeeld bij examens of sumo-worstelen gebruikt kunnen worden. Meestal kiest men echter voor het vrijblijvender douzo “ga je gang”.

Wachten – Matte

gaan zitten bij matte
Aikidoka zijn gaan zitten nadat er “matte” geroepen werd

Matsu (待つ) betekent “wachten”. Hier is de gebiedende wijs matte (待って), wat “wacht” betekent. Dit wordt bij judo vaak gebruikt om het einde van een ronde aan te geven. Bij aikido zie je het nog wel eens terug als een leraar wil dat je stopt met oefenen en even op je plek gaat zitten. Bijvoorbeeld zodat de leraar aanvullende instructies kan geven. In het Japans wordt matte vaak gebruikt in combinatie met chotto “een beetje”. Chotto matte betekent zoiets als “even wachten!”

Stoppen – Yame

Aikido Almere Randori
Aikidoka oefenen “randori” tot er “yame” geroepen wordt

Yameru (止める) betekent “stoppen”, de gebiedende wijs is yame (止め). Dit wordt vaak gebruikt om aan te geven dat de oefening voorbij is en iedereen moet gaan zitten om te kijken naar de volgende opdracht en instructies. Het wordt binnen aikido geregeld gebruikt in combinatie met hai: hai-yame. Helaas verbastert dit snel tot hayame (早め), wat “vroeg” betekent. Een andere veel gemaakte fout is dat het met een harde j wordt uitgesproken: jame. Dit woord bestaat niet in het Japans, en doet daardoor denken aan jama (邪魔, “obstructie”). In combinatie met hai wordt het dan hai-jame, wat bijna klinkt als hajime: begin! Verwarring alom dus.

Voor de meesten zal het nooit een halszaak worden om correct Japans te spreken, maar het kan geen kwaad om de uitspraak van veel gebruikte woorden goed aan te leren. Zo kan men in ieder geval de fouten vermijden die verwarring creëren.

Gaan staan en zitten

Er zijn verschillende woorden om mee aan te duiden dat iemand moet gaan staan of zitten. De Japanse gebiedende wijs eindigt altijd op “te” of “de”. Tatsu (立つ) betekent “staan”, tatte (立って) is dus “ga staan”. Suwaru (座る) betekent “zitten”, suwatte (座って) is dus “ga zitten”. In hoeverre deze woorden gebruikt worden hangt sterk af van de cultuur binnen een dojo. In sommige dojo gebruikt men het veelvuldig, in andere dojo alleen in uitzonderlijke situaties, zoals bij een examen.

Door de Chinese invloed op de Japanse taal zijn er vaak twee of meer woorden met dezelfde betekenis. De woorden met een Chinese oorsprong zijn wat formeler en stijver. In sommige dojo wordt daarom de voorkeur gegeven aan dit soort woorden. Andere opdrachten die vaak ter vervanging gebruikt worden zijn kiritsu (起立, “opstaan”) en seiza (正座, “netjes zitten” of “correct zitten”).

Netjes opstaan en gaan zitten

Er zijn verschillende manieren om vanuit zittende positie naar een staande positie te gaan. De meeste scholen besteden hier verder weinig aandacht aan. Toch kom je soms een Japanse leraar tegen die het tot in de puntjes correct wil zien. Het kan voorkomen dat een dergelijke leraar pas verder gaat met een stage als iedereen weet hoe het hoort.

De officiële “correcte” vorm (zoals die aan het hof verwacht zou worden) is dat je vanuit seiza eerst je rechtervoet op de grond zet, dan opstaat en je rechtervoet weer aansluit door deze naar achteren te halen. Gaan zitten is hier de omgekeerde vorm van: eerst je rechtervoet naar voren en linkerknie op de grond, dan je rechter knie naar achteren aansluiten. Dit heeft te maken met het traditionele zwaardvechten, waar je je zwaard op je linkerheup draagt. Met je rechterbeen omhoog kun je je zwaard direct trekken. Door je positie ten opzichte van de kamiza kan het zijn dat het netter is om dezelfde bewegingen gespiegeld te doen (dus te beginnen met je linkerbeen). Op die manier kun je voorkomen dat de binnenkant van je bovenbeen zichtbaar is voor de tere ogen van de toeschouwers aan de kamiza zijde.

Opstaan Tatte gaan staan gaan zitten

Netjes maar natuurlijk

Een vergelijkbare, maar iets natuurlijkere manier om te gaan staan is je rechter voet neerzetten, dan opstaan en je linkervoet naar voren toe aan te sluiten. Als je gaat zitten zet je dan je linkerknie naar achteren op de grond en sluit je rechter knie aan.

Bij Aikidojo Poort hechten we niet veel waarde aan de manier van op staan, maar we zien graag dat je weet hoe het hoort, zodat je dit indien nodig correct kunt uitvoeren. Mocht je in een dojo komen waar ze hier aandacht aan besteden, bijvoorbeeld voor een stage, dan kun je het gebruik direct herkennen en moeiteloos meedoen.