In menig dojo hoort men de termen “matte“, “hajime” en “yame” klinken. Net als met gaan staan en zitten zijn er ook bekende en veel gebruikte woorden voor “wachten”, “starten”en “stoppen”. Niet iedereen kent deze woorden even goed, en er worden veelvuldig fouten gemaakt door leraren.
Starten of beginnen – Hajime
Hajimeru (始める) is het Japanse woord voor “starten”. Zoals altijd eindigt de gebiedende wijs op een “e”, in dit geval wordt het hajime (始め). Naast “start!” betekent hajime ook “een begin” of “de eerste keer” (als zelfstandig naamwoord), al wordt het dan meestal met een ander karakter (初) geschreven. Hajime wordt vaak aan het begin van wedstrijden geroepen om aan te geven dat men mag beginnen. Binnen aikido kennen we geen wedstrijden, maar het zou bijvoorbeeld bij examens of sumo-worstelen gebruikt kunnen worden. Meestal kiest men echter voor het vrijblijvender douzo “ga je gang”.
Wachten – Matte
Matsu (待つ) betekent “wachten”. Hier is de gebiedende wijs matte (待って), wat “wacht” betekent. Dit wordt bij judo vaak gebruikt om het einde van een ronde aan te geven. Bij aikido zie je het nog wel eens terug als een leraar wil dat je stopt met oefenen en even op je plek gaat zitten. Bijvoorbeeld zodat de leraar aanvullende instructies kan geven. In het Japans wordt matte vaak gebruikt in combinatie met chotto “een beetje”. Chotto matte betekent zoiets als “even wachten!”
Stoppen – Yame
Yameru (止める) betekent “stoppen”, de gebiedende wijs is yame (止め). Dit wordt vaak gebruikt om aan te geven dat de oefening voorbij is en iedereen moet gaan zitten om te kijken naar de volgende opdracht en instructies. Het wordt binnen aikido geregeld gebruikt in combinatie met hai: hai-yame. Helaas verbastert dit snel tot hayame (早め), wat “vroeg” betekent. Een andere veel gemaakte fout is dat het met een harde j wordt uitgesproken: jame. Dit woord bestaat niet in het Japans, en doet daardoor denken aan jama (邪魔, “obstructie”). In combinatie met hai wordt het dan hai-jame, wat bijna klinkt als hajime: begin! Verwarring alom dus.
Voor de meesten zal het nooit een halszaak worden om correct Japans te spreken, maar het kan geen kwaad om de uitspraak van veel gebruikte woorden goed aan te leren. Zo kan men in ieder geval de fouten vermijden die verwarring creëren.
Er zijn verschillende woorden om mee aan te duiden dat iemand moet gaan staan of zitten. De Japanse gebiedende wijs eindigt altijd op “te” of “de”. Tatsu (立つ) betekent “staan”, tatte (立って) is dus “ga staan”. Suwaru (座る) betekent “zitten”, suwatte (座って) is dus “ga zitten”. In hoeverre deze woorden gebruikt worden hangt sterk af van de cultuur binnen een dojo. In sommige dojo gebruikt men het veelvuldig, in andere dojo alleen in uitzonderlijke situaties, zoals bij een examen.
Door de Chinese invloed op de Japanse taal zijn er vaak twee of meer woorden met dezelfde betekenis. De woorden met een Chinese oorsprong zijn wat formeler en stijver. In sommige dojo wordt daarom de voorkeur gegeven aan dit soort woorden. Andere opdrachten die vaak ter vervanging gebruikt worden zijn kiritsu (起立, “opstaan”) en seiza (正座, “netjes zitten” of “correct zitten”).
Netjes opstaan en gaan zitten
Er zijn verschillende manieren om vanuit zittende positie naar een staande positie te gaan. De meeste scholen besteden hier verder weinig aandacht aan. Toch kom je soms een Japanse leraar tegen die het tot in de puntjes correct wil zien. Het kan voorkomen dat een dergelijke leraar pas verder gaat met een stage als iedereen weet hoe het hoort.
De officiële “correcte” vorm (zoals die aan het hof verwacht zou worden) is dat je vanuit seiza eerst je rechtervoet op de grond zet, dan opstaat en je rechtervoet weer aansluit door deze naar achteren te halen. Gaan zitten is hier de omgekeerde vorm van: eerst je rechtervoet naar voren en linkerknie op de grond, dan je rechter knie naar achteren aansluiten. Dit heeft te maken met het traditionele zwaardvechten, waar je je zwaard op je linkerheup draagt. Met je rechterbeen omhoog kun je je zwaard direct trekken. Door je positie ten opzichte van de kamiza kan het zijn dat het netter is om dezelfde bewegingen gespiegeld te doen (dus te beginnen met je linkerbeen). Op die manier kun je voorkomen dat de binnenkant van je bovenbeen zichtbaar is voor de tere ogen van de toeschouwers aan de kamiza zijde.
Netjes maar natuurlijk
Een vergelijkbare, maar iets natuurlijkere manier om te gaan staan is je rechter voet neerzetten, dan opstaan en je linkervoet naar voren toe aan te sluiten. Als je gaat zitten zet je dan je linkerknie naar achteren op de grond en sluit je rechter knie aan.
Bij Aikidojo Poort hechten we niet veel waarde aan de manier van op staan, maar we zien graag dat je weet hoe het hoort, zodat je dit indien nodig correct kunt uitvoeren. Mocht je in een dojo komen waar ze hier aandacht aan besteden, bijvoorbeeld voor een stage, dan kun je het gebruik direct herkennen en moeiteloos meedoen.
Het is een veel gehoord compliment over de Japanse cultuur en medemens: “ze zijn zo beleefd”. De ervaren reiziger zal gemerkt hebben dat beleefdheid bijvoorbeeld ook in de VS veelvoorkomend is. Sterker nog, bijna overal lijkt men beleefder te zijn dan in Nederland. Toch zal menigeen ervaren hebben dat Japanse beleefdheid een klasse apart is.
Japanse beleefdheid, reigi (礼儀), is zo verweven met de Japanse cultuur dat deze waarschijnlijk “echter” aan zal voelen dan elders. Je zult niet snel het gevoel hebben dat Japanners beleefd zijn omdat het hoort, Japanners doen beleefd omdat ze beleefd zijn. Dit heeft deels te maken met een wereldwijde tweedeling. Europese culturen zijn individualistischer, het individuele geluk en de individuele vrijheid staat voorop. Een Nederlander zal bijvoorbeeld niet snel aarzelen de mening van zijn/haar ouders naast zich neer te leggen. Aziatische culturen aan de andere kant, zijn veel meer maatschappij gericht. Het belang van de groep staat voorop, of het nu familie, of de gemeenschap is. De mening van bijvoorbeeld een ouder weegt in Azië dan ook veel zwaarder.
Binnen de Europese culturen hebben we veelal de vrijheid en autonomie om te kiezen wat we studeren en hoe we in het leven staan. Dit brengt echter ook nadelen met zich mee. Denk aan afval op straat, weinig respect voor ouderen, keuzestress en luiheid op school om maar wat te noemen. In Azië hebben ze hier een stuk minder last van, maar kampen ze vaak weer met andere problemen. Denk bijvoorbeeld aan druk om te presteren, geen keuzevrijheid hebben, of het gevoel hebben geleefd te worden. Het gevoel niet te willen falen, om wat te betekenen voor de familie en de maatschappij, is vaak enorm.
Beleefdheid in Japan
Toch zijn lang niet alle Aziatische landen zo beleefd als Japan. In Japan is men zich niet alleen bewust van wat er maatschappelijk van hen verwacht wordt, maar spelen ook hiërarchie, trots en ontzag voor de trots van een ander een grote rol. De ander niet beschadigen of gezichtsverlies veroorzaken voor de ander zijn doelen die de gemiddelde Japanner de hele dag voorop heeft staan. Dit verklaart ook meteen de ongemakkelijke reactie als men de gemiddelde Japanner in het Engels om hulp vraagt. De meeste Japanners begrijpen prima Engels, en zouden zich ook prima verstaanbaar kunnen maken. Zeker op het niveau “twee keer links dan rechts”. Echter, de angst om “fouten te maken” (lees: “geen vloeiende volzinnen te kunnen maken”) is zo groot dat er regelmatig gedaan wordt of men helemaal geen Engels spreekt.
Reigi als begrip
Reigi (礼儀) bestaat uit twee karakters. Rei (礼) betekent in zichzelf “buiging“, “beleefdheid” of “dankbaarheid”. Het is het gebaar wat men in Japan maakt om te groeten, of dankbaarheid of respect te tonen. Gi (儀) wordt gebruikt in allerlei woorden die te maken hebben met etiquette en rites. De twee karakters samen beschrijven “beleefdheidsregels” of “etiquette”.
Rei als uiting van respect
Rei (礼) betekent dus letterlijk “beleefdheid” maar ook “buiging”, en het is niet voor niets dat deze twee concepten zo onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn in de Japanse cultuur. Het buigen is de voornaamste uiting van dankbaarheid, respect, en soms verontschuldiging.
Reigi binnen aikido
Bij aikido hebben we niet dagelijks met deze beleefdheid te maken. Toch zijn beleefdheid en etiquette belangrijk. Zo belangrijk dat dit op het examen beoordeeld wordt. Er wordt dan met name gekeken naar je presentie, verzorgd en hygiënisch, correcte omgang met de ander en het naleven van de examen procedure en de geldende dojo etiquette. Tijdens de les en examens wordt ook gelet op je opstelling binnen de vereniging: (ruim) op tijd komen, helpen met de zaal gereed maken en weer opruimen, het helpen van beginners etc.
De precieze regels zullen per dojo verschillen. Sommige dojo gaan pragmatisch met het onderwerp om, andere dojo zijn roomser dan de Paus. Je kunt een idee krijgen van wat er bij Aikidojo Poort van je verwacht wordt door deze pagina te lezen. Verder geldt in algemene zin dat je het beste op de leraar en gevorderde leerlingen kunt letten en hen kunt kopiëren. Let ook echter daar mee op: sommige gevorderde leerlingen hebben omwille van bijvoorbeeld gezondheidsredenen bijzondere toestemming iets te doen, wat voor de groep absoluut niet de bedoeling is.
Miyuki Kumazawa sensei komt weer naar Europa voor een tour in maart 2025: Nederland, Luxemburg en Frankrijk. Neem contact op met lokale dojo via hun websites voor vragen en om te reserveren voor het eten.
Voor accommodatie in Frankrijk, neem contact op met Mw. Dominique Bedell per telefoon (+33 687 28 63 74).
Registratie voor de stage op voorhand is niet nodig. Registratie voor het eten sluit 7 dagen voor de eerste les in een land!
Praktische informatie:
Er is ruim voldoende parkeerplaats aanwezig in de omgeving van de dojo. Bus 4 stopt voor de deur van de dojo (halte Homeruskwartier midden), en rijdt in 11 minuten naar station Almere Poort, of in 21 minuten naar Almere Centurm. Zie 9292.nl.
Op het plein bij de dojo zit een supermarkt, snackbar en meerdere kleine restaurants.
Er zitten meerdere hotels in Almere, hier een kleine selectie:
Miyuki Kumazawa Sensei returns for another European Tour in March 2025 : Netherlands, Luxembourg, France. Please contact local Dojo´s through their websites for dinner reservations and other queries.
For accomodation in France, please contact Mrs. Dominique Bedell by phone +33687.28.63.74.
Registration for the seminars in advance is not needed, but registration for dinner will close 7 days before the classes start in the specific country !
Practical Information:
There is plenty of parking space available in the vicinity of the dojo. Bus line 4 stops right in front of the dojo (stop “Homeruskwartier Midden”), and will take you to Almere Poort station in 11 minutes, and to Almere Centrum station in 21 minutes. For more information, see 9292.nl/en
On the square in front of the dojo there is a supermarket, burger joint and various small restaurants.
There are several hotels in Almere, this is a small selection:
Het meest bekende Japanse woord voor leraar is sensei, vergelijkbaar met het Chinese shifu. Sensei is een algemene titel voor een leraar (of bijvoorbeeld een arts). Het wordt tevens gebruikt als aanspreektitel als men tegen een leraar praat. Er zijn binnen aikido echter veel meer woorden die gebruikt worden om leraren mee aan te duiden, zoals shihan. De meeste andere woorden worden daarentegen zelden gebruikt als aanspreektitel.
Dit is vergelijkbaar met een (basis)school hier in Nederland, waar je tegen alle mannelijke docenten “meester” zegt. Ook de directeur spreek je aan met “meester”. Wanneer je het over de directeur hebt noem je hem ineens wel directeur.
Hieronder bespreken we een aantal bekende Japanse termen:
Shihan
Naast sensei is shihan waarschijnlijk het meest gebruikte Japanse woord voor leraar in het westen. Vrij vertaald betekent het “groot meester”, maar het wordt ook wel eens vertaald als “leraar van leraren”. Het wordt namelijk geschreven met de Japanse karakters 師範.
師, shi, is een Japans karakter wat zoveel betekent als “leraar” of “mentor”, en wordt ook gebruikt voor religieus leiders. Het karakter 範, han, betekent “voorbeeld”, 師範 betekent dus een “voorbeeld voor leraren”.
Shihan is een eretitel die binnen aikido in Japan vooral gebruikt wordt voor leraren van hombu dojo die ten minste 6e dan hebben. Buiten Japan wordt de titel gegeven aan leraren die al een aantal jaar minstens 6e dan hebben en daarnaast aan het hoofd staan van een organisatie zoals een bond of sectie. Aikidojo Poort is aangesloten bij de sectie Aikido Kenshukai Nederland (AKN), de shihan van de AKN is Aad Thijs.
Shidoin en shidosha
Shidoin (指導員) en shidosha (指導者) bestaan beide uit drie karakters en betekenen nagenoeg hetzelfde. Het eerste karakter, 指, shi, betekent zowel “vinger” als “aanwijzen” of “aanwijzing”. Het tweede karakter, 導, dou, betekent “leiden” of “gidsen”. De betekenis van de samenstelling van deze twee tekens is voor de hand liggend: “instructie”.
Het derde karakter maakt het subtiele verschil tussen de twee termen. 者, sha, betekent letterlijk “persoon”, en kennen we in het westen van het woord 芸者, geisha, letterlijk “kunst-persoon”. 員, in, betekent letterlijk “lid”, en wordt gebruikt in constructies zoals “clublid” of “staflid”.
In het dagelijks leven wordt de term shidosha iets vaker gebruikt, vergelijkbaar met de Nederlandse term “instructeur”. Binnen aikido gebruikt men eigenlijk uitsluitend shidoin. Shidoin impliceert dat men als leraar deel is van een grotere organisatie.
Aangezien shihan en shidoin allebei een titel voor een leraar is, en allebei beginnen met shi, zou je denken dat het karakter shi in beide gevallen hetzelfde is. Dit is dus niet het geval, en puur toeval. Dergelijke eigenaardigheden zijn geen zeldzaamheid in de Japanse taal.
Fukushidoin
Fuku (副) betekent assistent, of vervanger, en wordt in samenstellingen gebruikt op de manier dat wij “vice” gebruiken. De betekenis van fukushidoin 副指導員 is daarmee meteen helder: het is een “assistent leraar” of “vervangend leraar”.
De Japan reis 2024 is weer voorbij! De afgelopen weken vertoefden Dmitri, Laura en Maarten in Japan om daar te trainen in Hombu dojo, het aikido hoofdkwartier. En natuurlijk ook om een beetje toerist te spelen. Hieronder lees je hun reisverslag.
Kun je geen genoeg krijgen van dit soort reisverslagen? Ook het verslag van de Japan reis 2020 is nog te vinden op onze website: Japanreis 2020
31 januari
Laura en Maarten zijn in het holst van de nacht opgestaan en naar Schiphol gebracht. Na een vlotte gang langs de controle zijn ze op hun vlucht naar Londen gestapt, om vanaf daar door te vliegen naar Tokyo, waar ze in de vroege ochtend aan zullen komen. Dmitri volgt een dagje later.
1 februari
Voor de ochtend voorbij is staan Laura en Maarten bepakt en bezakt te wachten op de trein naar het centrum van Tokyo. Ze dragen kilo’s aan souvenirs en 3 aikido pakken per persoon bij zich. Inchecken kan pas in de middag, dus na hun spullen in een kluisje ondergebracht te hebben gaan ze Shinjuku onveilig maken.
Shinjuku is een drukke stadswijk in het westen van Tokyo, waar onder andere het gemeentehuis, de Meiji-schrijn en hombu dojo zich bevinden. Net ten zuiden, in Shibuya, vindt men de welbekende voetgangerskruising en het station waar de hond Hachiko trouw op zijn baasje wachtte.
Vanaf het torenhoge gemeentehuis heb je (gratis!) een prachtig uitzicht over de metropool, en de Meiji-schrijn vormt een oase van rust in de verder zo gejaagde stad.
Na deze eerste toeristische activiteiten kunnen Laura en Maarten inchecken in het appartement wat hun thuis gaat zijn de komende anderhalve week, precies op tijd om de lessen van Fujimaki-sensei en Kobayashi-sensei mee te pikken.
2 februari
De wekker gaat om 5:30, na kort opfrissen en een onigiri melden Laura en Maarten zich voor de eerste les van de dag, van Dojo-cho (de achterkleinzoon van de grondlegger). Daarna volgt een les van Katsurada-sensei, waar Maarten met een van de uchi-deshi mag trainen. Zoals gebruikelijk de komende dagen is het daarna tijd voor een grote kom Gyu-don (rijst met rundvlees en ui) en een dutje van een uur of twee om het lichaam de kans te geven te herstellen.
De derde les, van Seki-sensei is een eerste weerzien, met de Italiaanse Gianfranco, die Maarten 4 jaar geleden meenam naar een onsen. Ook de vierde les, wederom van Dojo-cho, is een weerzien, dit keer met de Finse Konstas, die ook net terug is in Tokyo.
3 februari
Na de vliegende start gisteren gaan we meteen verder in hetzelfde ritme. Inmiddels is ook Dmitri gearriveerd. De dag begint wederom met les van Dojo-cho, op een overvolle mat. Helaas wordt op dit moment hombu-dojo verbouwd, wat betekent dat “de zaal” op de 3e etage niet beschikbaar is en we het met de kleinere zalen op de 2e en 4e etage moeten doen. Het goede nieuws is dat er airco-systemen komen waardoor de boel in de zomer hopelijk beter uit te houden is!
De tweede les is van Mori-sensei, die zoals altijd nadruk legt op het bewaren van de center-lijn. De twee avondlessen zijn van Sugawara sensei, en vormden het weerzien met de Duitse Guenter, die Maarten 17 jaar geleden wegwijs maakte tijdens zijn eerste bezoek aan Hombu, en nog altijd trouw in Hombu traint.
4 februari
Zondag is altijd een trage dag in Hombu-dojo, met maar twee lessen: Kanazawa-sensei en Dojo-cho. Daarna spoedden Laura en Maarten zich naar de nabijgelegen havenstad Yokohama, waar een van Maarten zijn oud klasgenoten woont, evenals haar moeder, Michiyo-san. Michiyo-san heeft enkele jaren geleden de kalligrafie voor de kamiza van de dojo gemaakt.
We worden getrakteerd op een ontzettend gezellige dag, vol lekker eten en een minder typische blik op Japan. Zo doen we onder andere de Cupnoodle-factory aan, een museum wat verteld over de geschiedenis van het bedrijf Nisshin, wat het overgrote deel van de instant-noodles ter wereld maakt. Ook vanuit de Yokohama Landmark Tower heb je een prachtig uitzicht over de stad, en in de verte zien we zelfs het gemeentehuis van Shinjuku weer liggen.
6 februari
Gisteravond begon het te sneeuwen, waardoor er de laatste les slechts 11 mensen op de mat stonden! Bijzondere ervaring en een super gave les van Yokota-Sensei. Ook betekent het sneeuw schuiven in de ochtend. Iets wat men in Japan plichtsgetrouw meteen doet. Laura komt precies op het juiste moment de dojo uit om de Ueshiba familie te assisteren en wordt daarvoor hartelijk bedankt door Dojo-cho.
Na een volle dag met lessen van Dojo-cho, Irie-sensei, Sakurai-sensei en Osawa-sensei, is het eindelijk tijd voor wat sociale activiteiten! Er is op dit moment een Duits(talig)e invasie in Hombu, met vier jongvolwassenen die voor enkele maanden zijn neergestreken in Tokyo om zichzelf in het zweet te kunnen werken. Samen met een van hen, de Duitse Vessa, gaan we traditie getrouw okonomiyaki eten en daarna door voor karaoke!
De selectie liedjes is soms wat willekeurig, maar tot vreugde van Vessa is het Duitse 99 Luftballons bijvoorbeeld gewoon te vinden. Laura en Maarten doen of ze in de keuken staan, en Dmitri gaat los op wat rock klassiekers. Hoewel in het begin onwennig komt iedereen daarna los en wordt het een heus feestje!
9 februari
We zijn een week in Hombu, en gewend aan het ritme. Maarten krijgt de kans om met de derde van de vier uchi-deshi te trainen en de lessen gaan zich vanaf nu herhalen. Er is echter een verrassing: we moeten helaas de les van Miyamoto-sensei missen, die moet naar de VS om een stage te geven. Zijn les wordt vervangen door niemand minder dan Suzuki-sensei!
Op een afgeladen en veel te kleine mat zien we hoe hij met net zoveel energie en passie les staat te geven als dat hij op een stage doet. Ontzettend gaaf om bij te zijn! Ook draaien we nog weer even een was, zodat onze pakken schoon ingepakt kunnen worden. Dit weekend hebben we een korte intermezzo voor we volgende week weer verder trainen.
12 februari
Het is niet alleen maar afzien deze reis. Na een aantal dagen hard trainen volgt er ook plezier. Dmitri, Laura en Maarten zijn de afgelopen dagen afgereisd naar het bergdropje Hakone. Het gebied rondom Hakone staat bekend om twee dingen: natuurlijke heet waterbronnen (met bijbehorende onsen – publieke baden) en een prachtig uitzicht op Fuji-san, veruit de bekendste en mooiste berg van Japan.
Wat men kan zien van Fuji-san is erg afhankelijk van het weer, en dat kan per uur verschillen. Na een eerste voorzichtige glimps tussen de wolken door, verschijnt Fuji-san op dag twee in alle overtuiging. Precies op dat moment maken we de “golden circle” – een tocht met boot, kabelbaan en kabeltrein, die een uitzicht biedt op Fuji-san dat niet te evenaren is. Ook eten we de typische in zwavelwater gekookte eieren van Owakudani, en worden Laura en Maarten geïnterviewd door een Japanse youtuber (link volgt).
De trip kwam precies precies op het moment dat de lichamen begonnen te protesteren, en dankzij het heilzame bronwater gaan Laura en Maarten morgen weer vol goede moed verder! Dmitri reist al vast verder naar het westen.
14 februari
Valentijnsdag, in Japan op geheel eigen wijze gevierd (daar schrijven we nog wel een keer over…), maar voor ons belangrijker: weer een volle trainingsdag, met lessen van onder andere Sasaki-sensei, die elk jaar naar Nederland komt, en Kuribayashi-sensei, die elk jaar naar België komt.
Onze (vele) aanwezigheid lijkt op te gaan vallen, we hoeven lang niet altijd meer te zoeken naar een partner, we worden steeds vaker benaderd door Japanners die met ons willen trainen. Ook mag Maarten twee keer uke zijn voor de leraar.
Ondertussen gebruikt Laura de tijd ook om de toeristische kant van Tokyo te bewonderen, zo bezoekt ze de keizerlijke tuinen (zie foto).
15 februari
De laatste volle dag trainen voor ons dit jaar. Na de twee ochtendlessen van Dojo-cho en Osawa-sensei eten we snel weer een grote kom Gyu-don. De bediening is voor het eerst in bijna 2 weken geëmancipeerd genoeg om te controleren dat de extra grote kom voor Maarten bestemd is, in plaats van deze routinematig voor de neus van de man te zetten.
Na de zware brunch volgt dit maal geen dutje (dat zal ons nog duur komen te staan), maar reizen we af naar TeamLab Borderless, een digitaal museum waar men met licht (en soms geluid) bijzondere ervaringen creert (zelfs de filmpjes doen het geen eer aan). Dmitri, Emma en Jeffrey bezochten dit al vier jaar geleden, en ook wij moeten toegeven dat het een onbeschrijfelijk gave ervaring is! Al zegt een beeld meer dan duizend woorden, ook het beeldmateriaal valt in het niet bij een persoonlijk bezoek.
Na TeamLab Borderless spoedden we ons terug naar Shinjuku om een hapje te eten, de pakken op te halen en af te reizen naar Shinagawa voor de laatste lessen deze reis van Kumazawa-sensei in haar eigen dojo – Sanshinkai. 4 jaar geleden begonnen we onze reis op deze manier, dit keer sluiten we het aikido deel ermee af.
18 februari
De laatste paar dagen brengen ook Laura en Maarten door in het westen, in de omgeving van Kyoto. Ze doen onder andere de bekende Fushimi-Inari schrijn aan, met haar honderden oranje poorten. Ook Ginkakuji, de zilveren pagoda, omgeven door een prachtige tuin vol weelderig mos, en het sake-museum van Gekkeikan doen zij aan. Hoewel het nog te vroeg is voor de kersenbloesem, kunnen we wel volop genieten van de pruimenbloesem die reeds in bloei staat. Pruimenbomen zijn over het algemeen wat kleiner en wat minder sprookjesachtig, maar de bloesem zelf is er niet minder om.
En daarmee komt er een einde aan de Japan reis 2024!
Op 12 augustus 2022 is Erik Louw ons helaas ontvallen. Erik was een van de aikido pioniers van Nederland en heeft een enorme invloed gehad op het aikido landschap in Nederland. Veel Nederlandse aikidoka, waaronder ook veel van de gevorderden van Aikidojo Poort, hebben onder Erik getraind. Erik was een van de eersten in Nederland die les gaf aan kinderen. Het lesgeven aan kinderen is voor hem altijd een passie gebleven. We zullen voor altijd dankbaar zijn voor het plezier, de inspiratie en de mooie momenten die Erik ons gegeven heeft en zullen elk jaar in maart, rond zijn geboortedag, stilstaan bij zijn leven.
Herdenking Erik Louw 2025
In 2025 zal de herdenking plaatsvinden op zaterdag 15 maart bij Aikidojo Poort.
De lessen zullen verzorgd worden door (oud) leerlingen, en vrienden van Erik. In 2023 zijn dit: Thomas Huijgen, van Chushin Dojo (Amsterdam), Marrie Rebel-Demmer, van Aikidojo Haarlem, Jeanette Tanis van Sho Shin Aikido Dojo (Amsterdam), en John Goverts van Kaishinkan (Rotterdam).
Er zal een simpele lunch verzorgd worden voor alle aanwezigen. De dojo is gelegen aan een plein met onder andere een supermarkt en snackbar. Ook is er een zaterdag markt waar je zelf iets kunt halen bij etenskraampjes.
Voor de herdenking vragen we een bijdrage van 10 euro per persoon. De opbrengst zal gaan naar Kika (Stichting Kinderen Kankervrij), een goed doel wat Erik altijd een warm hard toegedragen heeft.
Jo, 杖, is het Japanse woord voor staf. Binnen aikido wordt hier een stok van ongeveer 130 cm lengte mee bedoeld. Een jo heeft normaal gesproken een diameter van ongeveer twee tot drie centimeter. Deze stevige wapenstokken werden in de tijd van de samurai veel gebruikt door mensen die zich geen zwaard konden permitteren, of die geen zwaard mochten dragen.
Hoewel een stok natuurlijk een aantal zwakke punten kent ten opzichte van een zwaard, is een geoefend stokvechter niet direct kansloos in een duel. Doordat de stok langer is dan het zwaard heeft de stokvechter meer bereik. Daarnaast beschermt het gemiddelde harnas tegen steken en snijden, waardoor een zwaard minder effectief wordt. Een stok haalt de kracht uit impact, terwijl een harnas een stuk minder bescherming biedt daartegen. In het westen zie je daarom ook de ontwikkeling van wapens als de morgenster en krijgshamer. Wel is het belangrijk je te realiseren dat het in die tijd vooral de zwaardvechters waren die geoefend hadden, en dat de stokvechters het daarom nog steeds vaak af moesten leggen.
De jo is in wezen de Japanse variant van wat men in het Engels een quarterstaff noemt. Uit een boomstam haalde men vier quarterstaffs. Dat heeft niets te maken met de lengte, maar alles met de dikte. Men zaagde de stam over de lengte in vier kwarten, die daarna geschuurd werden tot een ronde staf. Dit is dan ook waar de naam quarterstaff, “kwart-staf” vandaan komt.
Kwaliteit hout
Een jo
Jo zijn verkrijgbaar in verschillende kwaliteiten hout. Omdat er veel slagen mee uitgevoerd worden waarbij de jo elkaar raken, en deze ook regelmatig door de handen glijdt is het, net als bij een bokken, belangrijk een harde houtsoort te kiezen die niet splintert. Japans eiken is hiervoor ideaal. Er is zowel rood als wit eiken verkrijgbaar op de markt. De (mogelijk subjectieve) ervaring van Aikidojo Poort is dat rood eiken meer te lijden heeft onder vocht (en dus eerder krom trekt) dan wit eiken. Daarom hebben wij in de dojo alleen wit eiken.
Trainen met een Jo
Binnen aikido wordt op veel verschillende manieren geoefend met de jo:
Suburi – losse slagen die men individueel maakt in de lucht. Er zijn 20 standaard jo-suburi.
Jo-Kata – een serie bewegingen die achtereenvolgend gemaakt worden volgens een vast patroon. Kan alleen of in tweetallen. Er zijn verschillende series, onder andere de 13- en 31- kata.
Kumi-Jo – kata voor twee personen, waar beiden een stok vast hebben.
Jo-nage – “werpen met de staf”, tori heeft een jo vast met twee handen, uke pakt deze vast met een hand en tori voert een aikido techniek uit met behulp van de stok.
Jo-dori – “afnemen van een staf”, uke valt aan (meestal met een horizontale stoot), en tori voert een aikido techniek uit waarbij tori de controle over de jo overneemt
Trainen met de jo is heel goed voor je kamae (houding), ma-ai (afstand) en het bewust worden van de center-lijn, de kortste weg tussen jou en je tegenstander. Ook leert het je bewust worden van welke richting op je kracht zet, een vereiste voor werken zonder spierkracht.
Een aantal van de oefeningen met wapens zijn opgenomen in het curriculum voor de dan-examens. Er wordt, mede daarom, van je verwacht dat je tegen de tijd dat je examen doet je eigen wapenset hebt. Al kun je die ook in dat geval nog wel van iemand lenen.
Ken is het Japanse woord voor zwaard. Een katana is een ken, maar ook de zwaarden die wij hier in het Westen gebruikten zijn ken. Bij aikido trainen we altijd met houten zwaarden, zogeheten bokken. Bokken wordt geschreven met twee karakters: 木剣. Het eerste karakter 木 betekent boom of hout. Meestal wordt dit karakter uitgesproken als ki, zoals in kihon. In sommige samenstellingen wordt echter de uitspraak boku gebruikt. Door een rare streek van de Japanse taal wordt in sommige gevallen de lettergreep ku (en tsu) een beetje ingeslikt, waardoor de uitspraak verandert. Voor Nederlanders klinkt het dan alsof er twee medeklinkers staan. Het tweede karakter, 剣, betekent letterlijk zwaard. Het is dezelfde ken als in kendo, Japans schermen, wat dus letterlijk “de weg van het zwaard” betekent.
Typen Bokken
Een Bokken
Bokken komen voor in vele vormen, maten en stijlen. Deze komen voort uit de vele verschillende zwaardstijlen die er beoefend worden. Afhankelijk van de situatie waar men op traint (met of zonder harnas) en welke bewegingen (steken of snijden) de nadruk krijgen in de zwaardstijl worden houten oefenzwaarden ontworpen met eigen eigenschappen (rechter, krommer, langer, korter, dikker, dunner, etc.). Voor aikido zijn er geen vaste regels welke stijl bokken je moet hebben, dit hangt sterk af van je persoonlijke voorkeur, en/of die van de leraar.
Bij Aikidojo Poort gebruiken we meestal bokken van de stijlen Katori Shinto Ryu of Yagyu Shinkage Ryu. Als je zelf een andere stijl prettig vindt staat dat je natuurlijk volledig vrij. Wat wel altijd belangrijk is, is het houtsoort waar het zwaard van gemaakt is. Net als bij een jo is het belangrijk dat het een harde houtsoort is die niet splintert. Ook hier heeft Japans eiken de voorkeur.
Trainen met een Bokken
Oefenen met Bokken
Met een bokken worden er verschillende vormen geoefend:
Suburi – losse slagen die men individueel maakt in de lucht.
Batto-jutsu – Het snel en vloeiend trekken van het zwaard, in combinatie met een of meerdere slagen.
Kumi-tachi – zwaard-kata waar beide trainingspartners een zwaard vast hebben die reeds getrokken is, of rustig getrokken wordt.
Tachi-dori – “afnemen van een zwaard”, uke valt aan (meestal met een verticale slag), en tori voert een aikido techniek uit waarbij tori de controle over het zwaard overneemt.
Trainen met de bokken is heel goed voor je kamae (houding), ma-ai (afstand), sen (timing) en het bewust worden van de center-lijn, de kortste weg tussen jou en je tegenstander.
Een aantal van de oefeningen met wapens zijn opgenomen in het curriculum voor de dan-examens. Er wordt, mede daarom, van je verwacht dat je tegen de tijd dat je examen doet je eigen wapenset hebt. Al kun je die ook in dat geval nog wel van iemand lenen.
Een tanto is een Japans mes. Het is het kleinste wapen wat we bij aikido gebruiken. Het is vormgegeven als een kleine bokken, en heeft dus ook 1 “botte” kant (net als een keukenmes). Tanto worden alleen gebruikt als oefenwapens om tegen te verdedigen. Met een tanto kunnen verschillende aanvallen uitgevoerd worden: een steek (tsuki) of een slag (uchi), zowel verticaal als diagonaal.
Een tanto: een houten mes
De juiste manier voor uke (aanvaller) om een tanto vast te pakken hangt af van de aanval, en zelfs dan is niet iedereen het er over eens. Net zoals bij veel dingen geldt hier: let goed op en pas je aan aan wat de leraar op dat moment doet, ook als dat anders is dan je gewend bent.
Voor de meeste wapens is het advies om deze te kopen van Japans eiken, een harde houtsoort die niet splintert. Omdat een tanto nooit tegen andere tanto aanbotst is er ook geen splintergevaar. Om esthetische redenen kiezen veel aikidoka nog steeds voor een tanto van Japans eiken, maar elke houtsoort is in principe prima.
Bij Aikidojo Poort hebben we een aantal tanto in de dojo, zodat er altijd voldoende messen zijn. Er is dus geen noodzaak om er een te kopen. Toch is het slechts een kleine investering, en een tanto past makkelijk in je sporttas, dus het kost weinig moeite om hem altijd bij je te hebben. Zorg ervoor dat je tanto herkenbaar is, bij voorkeur door je naam achterop te schrijven. Het meest gebruikelijk is om dit in het Japans te doen. Laat het in dat geval over aan je leraar, want er worden veel fouten gemaakt.
Trainen met een tanto
Met een tanto wordt eigenlijk maar in een vorm geoefend:
Tanto-dori – Het afpakken van een tanto. Uke valt aan, en tori voert een aikido techniek uit waarbij tori de controle over het houten mes overneemt.