Japan staat bekend om haar thee ceremonie. Naast de historie van de samurai en de high-tech wereld van de metropolen, is de Japanse thee ceremonie misschien wel een van de meest tot de verbeelding sprekende onderdelen van de Japanse cultuur. De thee ceremonie is zo belangrijk dat het een eigen naam heeft, chado – de weg van de thee.
Bij chado leert men matcha aan te maken. Scroll naar beneden voor de specifieke instructies voor het aanmaken van thee. Er bestaat ook zoiets als senchado, waar men leert thee aan te maken met blaadjes.
Klassieke Japanse kunst
Chado behoort, net als shodo (kalligrafie kunst) en kado (bloemschikkunst) tot de traditionele Japanse kunsten. Er zijn veel parallellen te trekken binnen deze kunsten en ook bijvoorbeeld naar krijgskunst. Chado, shodo en kado bevatten net als budo de uitgang do – de weg van, en daar houden de overeenkomsten niet op. Het zijn allemaal levenslange studies en er wordt gebruik gemaakt van het dan-graden systeem.
De vier belangrijkste principes van chado zijn: harmonie, respect, puurheid en rust. Vier principes die ook een zeer belangrijke rol spelen binnen aikido.
Etiquette
Typisch aan de Japanse kunsten is dat er veel nadruk ligt op het strikt naleven van tradities en etiquette. Op het eerste oog zijn deze regels omslachtig, maar als je goed kijkt is er vaak een gegronde reden om iets niet op de meest voor de hand liggende manier te doen.
De regels van chado hebben betrekking op alle facetten van de thee ceremonie:
De ruimte – ingericht met Japanse rieten matten, tatami, volgens een vast patroon
Kalligrafie – bijpassend bij het seizoen en de gelegenheid
Kleding – in kimono, voor mannen eventueel met hakama
Gerei – soms eeuwenoud en onbetaalbaar
Handelingen
Er zijn speciale chado scholen. Veel mensen leren chado echter op school of de universiteit in een theeclub. Het leerproces gaat heel ouderwets. Nieuwe leerlingen beginnen met het observeren van ervarener leerlingen. De eerste acties die ze leren uitvoeren zijn simpele dingen als deuren open en dicht doen.
Net als tijdens de aikidoles zijn veel leraren tegen het maken van aantekeningen. Naderhand aantekeningen maken is natuurlijk geen bezwaar. Echter, tijdens de les of training is het goed om gefocust te observeren en eventueel na te doen.
Matcha aanmaken
Er zijn verschillende voorschriften en gebruiken gemoeid met het aanmaken van matcha. Hier volgt de basis bereiding zoals je dat thuis ook kunt doen.
Zeef de matcha indien deze klontjes bevat. Men gebruikt hier meestal een metalen zeef en een houten lepel of steentje voor.
Doe ongeveer 2 gram matcha in de chawan (thee kopje), traditioneel met een chashaku – bamboe lepeltje (1 schepje = 1 gram)
Voeg heet water toe, ongeveer 75 ml. Iedereen heeft een andere mening over de temperatuur, en dit verschilt soms per thee, maar zeker niet heter dan 90 graden, sommige mensen prefereren zelfs 70 graden.
Mix het voorzichtig maar grondig. Traditioneel met een bamboe mixer. Er mag geen onopgelost poeder achterblijven.
Een van de bekendste en grootste export producten in Japan is thee. Veel mensen denken hierbij aan groene thee, of soms iets specifieker, matcha. Maar er zijn veel verschillende soorten Japanse thee. In dit artikel kun je meer lezen over al deze verschillende soorten thee.
Thee plant
Je zou denken dat er verschillende thee planten zijn, met verschillende kleurtjes bladeren die verschillende thee soorten leveren. Dit is echter niet hoe het werkt. Bijna alle thee soorten komen van dezelfde soort: de theeplant. Hoewel deze plant haar oorsprong vindt in Zuid-Oost Azië, wordt deze tegenwoordig over heel de wereld verbouwd.
Hoewel er maar een thee plant is, en het type thee wordt bepaald door de bewerkingsmethode, zijn er natuurlijk wel verschillen binnen een thee type. Dit kan afhangen van subtiele verschillen in de versie van de plant die verbouwd wordt, de grond of het klimaat. Een van de oudste, en nog steeds een van de beste, regio’s voor de productie van Japanse thee is Uji, een regio net ten zuiden van Kyoto.
Zwarte thee
Van oudsher is zwarte thee de bekendste en meest populaire vorm van thee in de westerse wereld. Het werd vanuit India door de Britten naar Engeland gebracht. De populariteit van deze specifieke thee soort had er waarschijnlijk iets mee te maken dat deze lang houdbaar is. Dit was een belangrijk voordeel in de tijd dat de goederen enkele maanden op zee vervoerd moesten worden.
Na het oogsten worden de blaadjes geoxideerd (een proces wat ten onrechte ook fermenteren wordt genoemd) en daarna gedroogd. De oxidatie zorgt voor de sterke smaak die zwarte thee van zichzelf heeft. Wij noemen de thee zwart in verband met de kleur van de blaadjes. Daarnaast zijn er verschillende gebieden waar thee vandaan kan komen, welke hun naam dan lenen aan de thee. Bekend zijn onder andere Darjeeling in India en Ceylon thee uit Sri Lanka (Ceylon is de ouderwetse naam voor Sri Lanka).
In veel Aziatische landen staat deze thee bekend als “rode thee” in verband met de kleur van de vloeistof. Dit is ook in Japan het geval, waar de thee kocha heet. Met rode thee wordt in het westen vaak rooibos bedoeld, daarover later meer. Hoewel kocha ontzettend populair is als drank wordt zwarte thee nauwelijks geproduceerd in Japan. Dit heeft er waarschijnlijk mee te maken dat je goede zwarte thee kunt maken van matige theeblaadjes. De Japanse thee bladeren zijn wat dat betreft van een te hoge kwaliteit en worden daarom alleen voor groene thee gebruikt.
Oolongcha
Letterlijk “zwarte draak thee”. Is eigenlijk geen Japanse thee soort, maar Chinees. Is vergeleken bij zwarte thee licht geoxideerd. De blaadjes vormen zwarte sliertjes, wat waarschijnlijk de naam verklaart. In de oosterse mythologie is een draak meer slangvormig met poten, en kennelijk deden de slierten blaadjes hieraan denken. Is behoorlijk populair in Japan. Heeft een wat fruitige smaak.
Witte thee
Aan het andere uiterste van het spectrum vinden we witte thee. Witte thee staat erom bekend dat het bijna geen behandeling ondergaat. Welke behandeling het wèl ondergaat zijn de meningen over verdeeld. De consensus is dat het om uiterst jonge blaadjes gaat (soms zelfs de ongeopende bladknoppen), welke enkel gedroogd worden. De resulterende thee drank is licht gelig en smaakt bloemig. De thee is kostbaar en zeker in het westen zeldzaam. Het wordt vooral in China verbouwd en behoort niet tot het standaard Japanse thee assortiment.
Groene thee
Groene thee zit qua bewerking tussen zwarte en witte thee in. Het is verreweg de meest populaire Japanse thee in binnen en buitenland. Officieel heet de thee in het Japans ryokucha, letterlijk “groene thee”. In de praktijk spreekt men echter meestal over ocha (o is hierbij hetzelfde eervolle voorzetsel als bij bijvoorbeeld O’Sensei). Groene thee wordt gemaakt door de jonge bladeren na het plukken te verhitten.
Japanse groene thee wordt gestoomd en is daardoor iets zoeter en “grassiger”. Chinese groene thee wordt verhit in een pan. Na het verhitten worden de blaadjes gedroogd en “gerold” tot de vorm die wij kopen in de winkel. In de loop der jaren zijn er veel gezondheidsclaims gedaan over de werking van groene thee, onder andere dankzij het hoge aantal anti-oxidanten. Het beeld van groene thee als gezonde drank is niet in de laatste plaats ontstaan omdat Japanners betrekkelijk gezond oud worden. Er is tot op heden geen bewijs gevonden voor deze claims, al zijn er wel bemoedigende onderzoeksresultaten. Het ontbreken van hard bewijs is misschien wel het grote aantal verschillende soorten Japanse thee. Wat in ieder geval duidelijk is, is dat het niet-drinken van fris en andere zoete dranken gezond is. En dat wordt een stuk makkelijker wanneer je beschikt over lekkere thee.
Er zijn zoveel verschillende soorten groene thee dat dit een artikel op zich zou kunnen zijn, maar hieronder staan de meest populaire uitgelegd.
Verschillende kwaliteiten groene thee
Gyokuro – “jade dauw” – De duurste Japanse thee soort. De laatste drie weken voor de oogst worden de blaadjes in de schaduw gehouden, waardoor de thee extra zoet wordt. In principe is deze thee handgeplukt. Daarna wordt de thee, net als alle andere soorten, opgerold. De naam duidt op de vaal groene kleur van de drank.
Kabuse – “bedekte thee” – Lijkt op Gyokuro, maar de thee planten worden korter in de schaduw gehouden, meestal slechts een week. Daarmee is de thee makkelijker te produceren dan Gyokuro en wat betaalbaarder. Ook deze thee is meestal handgeplukt. De thee smaakt wat milder dan de normale sencha.
Sencha – “gebraden thee” – Met afstand de populairste Japanse thee soort. Vaak machinaal geproduceerd, wat met de Japanse kwaliteitsstandaard bepaald geen ramp is. De thee planten kunnen 3 tot zelfs 4 keer per jaar geoogst worden, wat zorgt voor een kwaliteitsverschil binnen de categorie sencha. Door het oppotten van voedingsstoffen in de winter zijn de eerste blaadjes het beste, deze heten shincha (“nieuwe thee”), de thee die daarna geoogst wordt wordt aangeduid als ~bancha (“~e oogst thee”).
Bewerkte groene thee
Hoewel alle groene thee bewerkt is, zijn sommige thee soorten meer bewerkt dan andere. Dit maakt ze niet perse minder, maar geeft ze wel andere eigenschappen.
Kukicha – “twijg thee” – Een specifiek soort sencha waarbij vooral de twijgjes in het thee water belanden. Heeft een extra frisse, grassige smaak. Opvallend is dat deze thee soort onderdeel is van de macrobiotische dieetvoorschriften.
Houjicha – “geroosterder thee” – Is precies dat – geroosterde groene thee blaadjes. Door het lage cafeïne gehalte wat bereikt wordt tijdens het roosteren is het een erg populaire Japanse thee soort voor ouderen en kinderen. Ook wordt het veel gedronken laat op de avond. Omdat de kwaliteit van de blaadjes minder uitmaakt wordt hier vaak de laatste oogst voor gebruikt. Kan ook gemaakt worden met de twijgjes, net als bij kukicha. Heeft een zoetige, caramel-achtige smaak.
Genmaicha – “zilvervliesrijst thee” – Allemansvriend onder de Japanse thee. Wordt gemaakt door geroosterde zilvervliesrijst (bijna overal ter wereld bekend als “bruine rijst”) toe te voegen aan sencha blaadjes. Door de rijst bevat het iets meer calorieën en voedingsstoffen dan gewone thee en wordt daarom vaak gedronken om vasten periodes te overbruggen. Heeft een warme, notige, smaak.
Matcha
De meest unieke thee op de lijst en misschien wel ter wereld. Waar de andere Japanse thee soorten worden gemaakt door het laten trekken van theeblaadjes in heet water, wordt matcha gemaakt met een poeder. Matcha betekent dan ook letterlijk “poeder thee”.
Matcha begint als Gyokuro – thee die minstens 3 weken in schaduw gegroeid heeft. De thee wordt echter niet opgerold maar los te drogen gelegd. Het resultaat noemt men Tencha – “te malen thee”. Daarna worden de nerven en stammetjes verwijderd en worden de blaadjes met stenen vermalen tot matcha poeder.
Traditioneel wordt matcha gebruikt in een Japanse thee ceremonie. Al snel had men door dat het ook lekker was om het te mengen met andere voedingsmiddelen – mochi (cake van rijst met een hoog glutengehalte) en soba (boekweit noedels). Toen ijs aan populariteit won in Japan was ook dat een logische partner. Tegenwoordig kun je zo’n beetje alles vinden in matcha smaak, zoals chocolade en andere snoepjes. Over het aanmaken van matcha kun je meer lezen op onze pagina over de Japanse theeceremonie.
Rooibos thee
Eigenlijk geen echte thee, maar vanwege de populariteit (ook in Japan) toch maar op de lijst. Wordt van een heel andere plant gemaakt, maar met een vergelijkbaar productieproces als bij de andere theesoorten. Veruit de meeste rooibos thee is geoxideerd net als zwarte thee, maar er bestaat ook een soort “groene rooibos thee”, welke niet geoxideerd is. Rooibos thee heeft een warme, aardse smaak.
Hoewel thee haar oorsprong niet vindt in Japan, hebben de Japanners thee wel tot een eigen, ongekende, hoogte weten te brengen. De Japanse thee cultuur is uitgebreid en overal terug te vinden in Japan. Hopelijk vinden ook de minder bekende Japanse thee soorten snel hun weg naar Nederland, zodat iedereen ervan kan genieten.
Na een stukje over Japanse animatie films kon een stukje over Japanse films natuurlijk niet uitblijven! De laatste decennia is de filmwereld nog meer gedomineerd door het grote geld van Hollywood. Dit betekent dat veel talent en goede ideeën de weg naar Hollywood vinden en er betrekkelijk weinig goede speelfilms van buiten Hollywood komen.
Landen als Japan, met een rijke historie in de cinema, zijn hierop een relatieve uitzondering. Dankzij pioniers in de vorige eeuw beschikken zij nu over de nodige ervaring en expertise om mooie speelfilms te produceren. Hier een beknopt en subjectief overzicht van Japanse films. Je kunt immers alleen aanraden wat je zelf gezien hebt.
Kurosawa Akira
Een van die pioniers op het gebied van Japanse films was Kurosawa Akira. Maar Kurosawa wordt niet alleen gezien als een van de meest invloedrijke regisseurs van Japan, maar van de wereld. Kurosawa staat bekend om zijn historische samurai films. Deze film vormde een inspiratie voor menig (spaghetti) western.
De brede camera opnames, de spanning tussen twee kemphanen voor een duel, de machtstrijd tussen rivalerende bendes, beide genres delen veel kenmerken en daar werd halverwege de vorige eeuw dankbaar gebruik van gemaakt. Ook over het moderne leven wist Kurosawa enkele imposante en meeslepende films te maken.
Rashomon
Letterlijk “Rasho-poort”. De naam van de film verwijst naar de locatie waar een groot deel van het verhaal zich afspeelt. De eerste echte “samurai film” van Kurosawa, en ook de film die Japan als op het gebied van cinema op de kaart zetten. Een aantal onbekenden komen toevallig bijeen onder de “Rashomon” poort, nadat enkelen op een of andere manier getuige zijn geweest van een misdaad. Ieder geeft een eigen verslag van wat er gebeurt is, maar de verhalen stroken niet met elkaar en dit levert de nodige spanning op – wie spreekt de waarheid?
Doomed
Ikiru – letterlijk: “Leven”. Typisch voorbeeld van een Kurosawa film in de moderne tijd. De ambtenaar Watanabe Kanji is terminaal ziek en bedenkt zich dat zijn leven redelijk doelloos is geweest. Het eentonige werk wat hij zijn hele leven heeft gedaan heeft geen verschil gemaakt. Geïnspireerd door de jonge Toyo begint hij zich in te zetten voor het aanleggen van een speeltuin, waarbij hij menig heilig huisje in de Japanse cultuur onderuit moet halen. Losjes gebaseerd op een boek van Leo Tolstoy – De dood van Ivan Iljitsj.
Seven Samurai
Shichinin no samurai. Een dorpje, wat wordt lastiggevallen door een bende bandieten, huurt met hun laatste spaarcenten een Ronin (samurai zonder meester) in om het dorp te beschermen. Hij verzamelt zeven andere zwaardvechters, ieder met eigen talenten (het begin van een trope die je ook terugziet in bijvoorbeeld Ocean’s Eleven), en gezamenlijk gaan ze de strijd aan. Vormde de basis voor de western The Magnificent Seven waar de samurai vervangen zijn voor cowboys, en ook aflevering 4 van het eerste seizoen van The Mandalorian.
Yojimbo
Letterlijk: “De uitsmijter”. Nog een bekende samuraifilm van Kurosawa. Een Ronin komt al dwalend in een dorpje terecht waar twee bendes elkaar naar het leven staan. Hij besluit dat het dorp beter af is zonder de bendes en probeert de twee bendes daarom tegen elkaar uit te spelen. Vormde de basis voor de western Fistfull Of Dollars met Clint Eastwood. Kurosawa was niet blij met hoe de vorige western (The Magnificent Seven) uitviel en weigerde daarom in eerste instantie rechten te verlenen voor Fistfull Of Dollars, waardoor die film lang op de plank gelegen heeft.
High and Low
Tengoku to Jigoku – Letterlijk: “Hemel en Aarde”. Over een rijke man die hemel en aarde beweegt om zijn gekidnapte zoon te redden. De keuze wordt lastiger wanneer blijkt dat de kidnappers een fout hebben gemaakt en iemand anders hebben meegenomen.
Revolt
Ran – letterlijk: “Chaos”*. De enige kleurenfilm van Kurosawa op de lijst. Een bejaarde krijgsheer met drie zoons probeert zijn rijk bij elkaar te houden door vroegtijdig afstand te doen van de troon. Hij hoopt zijn zoons te leren samenwerken en daarmee te zorgen voor een soepele overgang. Zijn plan mislukt helaas en als snel barst de strijd los. Gebaseerd op “King Lear” van Shakespeare.
*Leuk weetje: dit is dezelfde ran als in randori – een gevorderde oefening binnen aikido waar er meerdere aanvallers tegelijk aanvallen, bijna vaste prik op dan-examens.
Kobayashi Masaki
Gelukkig zijn er meer goede Japanse film regisseurs, zoals Kobayashi Masaki. Kobayashi was een overtuigd pacifist en dit zie je in verschillende van zijn films terug. Probeerde eind jaren ’60 samen met Kurosawa films aantrekkelijker te maken voor de jeugd.
Harakiri
Seppuku – letterlijk “buik snijden”. In de samurai tijd was het gebruikelijk voor Ronin om rituele zelfmoord te plegen. Waar in Europe zelfmoord door het christendom verafschuwd werd, werd (rituele) zelfmoord in Japan juist als iets heel eervols gezien. Het was niet ongebruikelijk hier een groep toeschouwers voor te zoeken, zoals een krijgsheer. Die krijgsheer zat hier meestal niet op zo’n ritueel te wachten, en wanneer je aankondigde seppuku te willen plegen werd je met een beetje geluk omgekocht om je heil ergens anders te zoeken. Deze film vertelt het verhaal van een Ronin die zich niet laat afwimpelen.
Kwaidan
Kaidan – letterlijk “mysterie spraak”. Verzameling van vier korte horror verhalen, gebaseerd op boeken van Lafcadio Hearn, een Grieks-Ierse schrijver die trouwde met een Japanse vrouw en met zijn boeken het Westen een kijkje gaf in de Japanse folklore.
Kitano Takeshi
Bekend onder meerdere namen, maar vooral “Beat Takeshi”. Takeshi is een alleskunner die begon als komediant. Is te zien als gastheer in spelshows, acteur in films, maar regisseert ook zelf Japanse films. Heeft een passie voor tap-dance en weet in veel films hier enige ruimte voor in te richten.
Battle Royale
Dystopische film met een bijrol voor Takeshi, gebaseerd op een boek. De Japanse overheid dwingt een groep brugklassers in een grote arena elkaar tot de dood te bevechten. Klinkt als een remake van The Hunger Games? Dit boek en deze film waren er eerder, en zijn een stuk bloederiger en gewelddadiger. De schrijfster van The Hunger Games claimt het niet gekend te hebben tijdens het schrijven van haar boeken reeks.
The Blind Swordsman: Zatoichi
Zatoichi. Remake van een klassieke serie en reeks films, over een blinde zwaardmeester. Zatoichi doet zich voor als arme, onschuldige, masseur. In de remake met passie gespeeld door Takeshi. De remake eindigt met een compleet anachronistische tap-dance.
Overig
Er zijn natuurlijk nog veel meer goede Japanse films. Hier een kleine selectie.
Hachiko Monogatari
Gebaseerd op het waargebeurde verhaal van Hachiko, de hond die trouw zijn baasje komt opwachten bij het treinstation in hartje Tokyo. Als zijn baasje plots niet op komt dagen blijft Hachiko in verwarring achter, de mensen in de buurt proberen hem op te vangen. Ontroerende Japanse film die later een remake kreeg met Richard Gere.
Departures
Okoribito – Letterlijk “Vertrek persoon”, iets minder letterlijk “Vertrek hulp”. Prachtige film over een cello speler die werkeloos wordt en daarom elke baan aan moet grijpen die hij kan vinden. Uiteindelijk beland hij op de vertrekafdeling van een reisbureau, maar dat blijkt al gauw een uitvaartbureau te zijn – een beroep waar in Japan een groot taboe op rust. Laat de minder zichtbare kant van de Japanse tradities in het moderne leven goed zien.
Ring
Horrorfilm over een geest die je waarschuwt dat je over een week dood gaat. De waarschuwing komt, per telefoon, een minuutje nadat je een bizarre videoband hebt gekeken. Een journaliste gaat poolshoogte nemen maar staat voor een duivels dilemma wanneer de geest opnieuw een waarschuwing afgeeft, dit keer aan een dierbare.
Japan staat bekend om haar animatie films. De meest bekende voorbeelden hiervan zijn anime en de studio Ghibli films. Minder bekend is dat onze eigen Alfred Jodocus Kwak grotendeels geanimeerd is door Japanners! Hieronder vind je een overzicht met een aantal bekende Japanse animatie films. Deze lijst is verre van compleet, maar je kunt iets alleen aanraden wanneer je het zelf gezien hebt 😉
Dit artikel gaat nadrukkelijk over animatiefilms, we hebben ook een artikel over Japanse speelfilms. Misschien dat we in de toekomst nog een artikel over series zullen schrijven.
Studio Ghibli
Studio Ghibli (spreek uit dji-bli) staat bekend als de Japanse Disney. Aanvankelijk hadden de twee bedrijven ook een samenwerkingscontract, tot Ghibli haar films uitleende aan Netflix. De films kenmerken zich door jonge karakters, vaak met sterke rollen voor vrouwen en veel ruimte voor Japanse mythologie en spiritualiteit. De doorgewinterde Disney fan zal bij menig Ghibli film de “moraal van het verhaal” missen. Anderen zullen het echter juist waarderen gewoon van een animatie film te kunnen genieten, in plaats van altijd maar een les te moeten trekken uit de film. Wat wel opvalt is dat veel Ghibli films een anti-oorlog boodschap uitdragen.
Spirited Away
Sen to Chihiro no Kamikakushi. Bekendste en meest succesvolle film van Ghilbi. Het jonge meisje Chihiro komt in een alternatieve wereld terecht waar zij moet werken in een badhuis voor mythologische wezens. Prachtig geanimeerd en geeft daarnaast een goede kijk in de Japanse mythologie.
Howl’s Moving Castle
Hauru no Ugoku Shiro. Persoonlijke favoriet. Losjes gebaseerd op een Brits boek, en dat zie je terug in de animatie stijl, alsmede de klederdracht. Prachtig verhaal over een tovenaar met een lopend kasteel, die alles op alles zet om niet te hoeven vechten in een oorlog. Hij krijgt daarbij hulp van een meisje die vervloekt is tot een leven als omaatje.
My Neighbour Totoro
Tonari no Totoro. De film die Ghibli op de kaart zetten. Over een meisje met een ongewone buurman, een soort magische wasbeer. Magische familiefilm die het Japanse plattelandsleven toont maar niet bang is om serieuze onderwerpen aan te snijden.
Ponyo
Gake no Ue no Ponyo. Nog een echte familiefilm. Over het magische visje Ponyo die het land op wil, tegen de wil van de zeekoning in.
Princess Mononoke
Mononoke Hime. Grootste succes van Ghibli, tot Spirited Away die titel overnam. Fantasy verhaal in de Japanse middeleeuwen, over de strijd tussen een aantal natuur-goden en de mensheid die achteloos met de natuur om gaat.
Nausicaa of the Valley of the Wind
Kaze no Tani no Naushika. Eigenlijk geen Ghibli film. Dit was de eerste grote productie van Miyazaki Hayao, die door het succes van deze film Ghibli oprichtte. Post-apocalyptische film over het meisje Nausicaa die een nieuw conflict probeert te voorkomen.
Grave of the Fireflies
Hotaru no Haka. Ingetogen en emotionele film over de nasleep van de bombardementen op Japan. Vertelt het verhaal van een broer en zus die samen proberen te overleven in barre tijden. Niet voor jonge kinderen.
En nog vele andere…
Shinkai Makoto
Filmmaker die in 2007 furore maakte met de film 5 centimeters per second, welke we eerder al uitlichtte in ons stukje over Hanami. Hij staat bekend om zijn levensechte animaties, onder andere van de schriften en gummen die bij de standaarduitrusting van elke student horen. Wordt genoemd als de volgende Miyazaki Hayao, maar wuift zelf dat label resoluut weg.
5 centimeters per second
Byousoku Go Senchimeitoru. Doorbraakfilm voor Shinkai. Prachtig geanimeerde, treurige, film over een kalverliefde die door een verhuizing verstoord wordt. Deel van de film speelt zich af tussen de weelde van de kersenbloesems. Regelmatig gratis te vinden op YouTube. Op het moment van schrijven is dat via deze link.
Your Name
Kimi no na wa. Financieel meest succesvolle anime-film en meest succesvolle Japanse film ooit. Wederom een film over een complexe kalverliefde, maar dit keer zijn de dame en heer in kwestie van lichaam gewisseld! Laat prachtige contrasten zien tussen het drukke leven in Tokio en het rustige plattelandsleven.
Madhouse
Madhouse is een andere grote productiemaatschappij die naast Japanse animatie films ook veel series heeft geproduceerd. Er is minder duidelijk een visie en stijl te ontdekken dan bij bijvoorbeeld Ghibli. Dat maakt de kwaliteit van de films er echter niet minder om.
The Girl Who Lept Through Time
Toki wo Kakeru Shoujo. Briljante film over een middelbare scholiere die plots ontdekt dat ze door de tijd kan reizen. Als ze erachter komt welke gevolgen dit met zich meebrengt zal ze opeens een stuk zorgvuldiger met haar nieuwe krachten moeten omgaan.
Paprika
Papurika. Prachtig geanimeerde film waar technologie, dromen en mythologie naadloos in elkaar overlopen. Doormiddel van apparaatjes kunnen mensen elkaars dromen zien en binnendringen. Later werd dit principe behandeld in de speelfilm Inception.
Barefoot Gen
Hadashi no Gen. Volgt het verhaal van Gen in de nasleep van de atoombom die op Hiroshima is gegooid. Net als de Ghibli film Grave of the Fireflies niet geschikt voor kleine kinderen.
Okko’s Inn
Waka Okami wa Shougakusei! Lijkt op het eerste oog op Spirited Away: jong wees meisje gaat werken bij een badhuis en komt daar geesten tegen. Gelukkig houden de overeenkomsten daar op. Geeft een mooi beeld van Japanse gastvrijheid en badcultuur.
Cyberpunk
Veel Japanse manga hebben een cyberpunk setting. Vooral in de jaren ’90 waren deze manga een populaire inspiratie bron voor Japanse animatie films. De bekendste twee zijn hier genoemd:
Ghost In The Shell
Koudaku Kidoutai. Politie-actiefilm met veel lagen, over een Cyborg agente die een gevaarlijke hacker zoekt. Haar zoektocht wordt gecompliceerd door de zoektocht naar haar eigen menselijkheid. De film was een inspiratie voor The Matrix, en er is later een speelfilm-remake gemaakt met Scarlet Johansson.
Akira
Akira. Een motorbende leider komt voor een dilemma te staan wanneer een van zijn jeugdvrienden plots telekinetische vaardigheden ontwikkelt. Die vaardigheden maken hem een gevaar voor de samenleving.
Eind januari 2020 zijn een aantal leden op reis geweest naar Japan. Het was een fantastische ervaring, en hopelijk het begin van een tweejaarlijkse traditie. Hier volgt het verslag van de Japanreis 2020.
29 januari
We zijn er klaar voor! Over 10 minuten mogen we aan boord het vliegtuig naar Japan! Daar zullen we donderdag ochtend vroeg (midden in de nacht voor jullie) landen. In Tokyo pikken we Emma op, voor wie dit een spetterend einde van een prachtige wereldreis wordt.
Op naar een nieuw aikido avontuur!
30 januari
En het reisgenootschap is compleet! Op de achtergrond ons appartement voor de komende week. Ondanks veel te weinig slaap zijn Jeffrey, Emma en Maarten meteen aan de slag gegaan bij Miyuki Kumazawa in de dojo. Het was een rustige maar zware en bovenal zeer interessante les. Morgen staat de wekker vroeg, zodat we de eerste les in Hombu Dojo kunnen volgen.
31 januari
Vanochtend stond de wekker om 5 (!) uur, om optijd te zijn voor het inschrijven en omkleden voor de eerste les. Die eerste les werd gegeven door Doshu, die zoals we van hem zijn gaan verwachten, vooral basis technieken behandelde, in dit geval vanaf shomen-uchi en morote-dori. Niet spannend, wel heel leerzaam! Daarna volgde een zeer zware training van Irie-sensei, met veel nadruk op de kuzushi tijdens yokomen-uchi. Bijgaand een foto van onze afgepeigerde gezichten, we lachen nog, dus valt wel mee, toch? Dmitri en Emma gaan vanmiddag toerist spelen, terwijl Maarten terug gaat naar de dojo, al is het maar om te kijken.
1 februari
Vannacht werden we om 2 uur gewekt door trillende telefoons. Een Japanse dame sprak met heldere stem “dit is een aardbeving”. Kennelijk een nieuwe functie op onze telefoon, want even later trilde het hele appartement mee. Nu hopen dat de telefoons voortaan niet meer zo hard trillen. Na gecheckt te hebben dat iedereen ok was hebben we ons omgedraaid en zijn we verder gaan slapen, in de hoop dat dit de ergste schok was, en er niet nog een ergere kwam, dat bleek gelukkig zo te zijn.
Om 5 uur toen maar opgestaan en zijn Emma en Maarten naar de dojo gegaan voor wederom een les van Doshu. Daar Andrea leren kennen, een gezellige Italiaan die voor een jaar in Tokyo woont voor zijn studie. 2 lessen, waaronder een van Kobayashi (een vriend van Maarten zijn leraar, Erik), zijn we met deze jongen gaan lunchen bij wat ooit “de kantine van Hombu” was, maar sinds de opkomst van de “conbini” (convenience store, een mini supermarkt die 24 uur per dag open is), halen de meeste Hombu leraren daar hun eten. Het eten was evengoed lekker, en snel klaar. Voor vanavond staan okonomiyaki en karaoke op de planning, zin in!
3 februari: okonomiyaki!
Zondag is een rustige dag bij Hombu dojo, slechts 2 lessen. Dat stelde ons in de gelegenheid om zaterdagavond helemaal los te gaan. Na een aantal intensieve trainingen, onder andere van Kobayashi-sensei (die regelmatig naar Nederland komt en bevriend is met Maarten zijn leraar Erik), zijn we op jacht gegaan naar okonomiyaki. Voor wie de Japanse keuken beperkt is tot sushi: dit staat bovenaan de lange lijst met delicatessen die je mist.
Okonomiyaki (letterlijk “lievelingsbaksel”) is een soort dikke pannenkoek met daarin kool, en eventueel andere groentes (ui, tauge), (inkt)vis, zeevruchten of (varkens)vlees. Dit wordt op een hete plaat gebakken (al kan dit ook in een koekenpan thuis), waarna het overgoten wordt met een heerlijke bruine saus. De saus is voor grof geld te krijgen bij de toko, maar het inslaan van deze saus rechtvaardige in zichzelf al een bezoek aan Japan. Dus voor iedereen die zich afvroeg wat we met 2 koffers van 23 kilo elk moesten: nu weet je het 😉
Gelukkig maken we nieuwe vrienden bij Hombu, zoals Andrea, die ons een fantastisch restaurant wist te wijzen, bij ons om de hoek. Zelf mocht hij ook mee. Het restaurant bevindt zich in een soort straat-kunst-steeg-gallerij en je mag er zelf je okonomiyaki bakken. De uitdaging zit hem in het draaien, waarvoor je 2 brede spatel krijgt. Al snel werden er teams gevormd, en elke ronde ging beter.
3 februari: karaoke!
Na het eten was het tijd voor vertier. Je kunt niet naar Japan zonder karaoke te doen, dus daar gingen we. Sommigen iets enthousiaster dan anderen (ahem…) maar eenmaal binnen moest iedereen bekennen dat het stiekem toch wel erg leuk was. Deze karaoke bar had ook kostuums, sambal ballen en een tamboerijn beschikbaar. De instrumenten hebben we dankbaar gebruik van gemaakt, maar de kostuums hebben we maar laten hangen, dat ging zelfs de fanatiekelingen te ver, het ging immers om het zingen, en tegen de eigen verwachtingen in bleek iedereen dat te kunnen.
Jeffrey ontpopte zich tot een ware Crooner, in Emma bleek een beetje Freddie Mercury te schuilen, Pascale bracht een prachtige tweede stem ten gehoren, Dmitri was niet te houden zodra hij de metal catalogus had gevonden, en Maarten heeft zelfs een half nummer in het Japans gezongen. Filmpjes worden niet verspreid, maar als je een van de deelnemers lief aankijkt krijg je er misschien wel een te zien 😉
De tijd vloog voorbij en anderhalf uur later moesten we het pand maar eens verlaten, want hoewel er maar twee trainingen zouden volgen, was het evengoed laat geworden.
4 februari
Als de kat zich in het zweet werkt in de Hombu dojo, dansen de muizen over de interactieve glijbaan. Hoewel Maarten niet veel anders doet dan trainen, eten en slapen, maken Emma, Dmitri, Jeffrey en Pascale in de middag ook tijd voor leuke dingen, zoals shoppen, trekpleisters bezoeken of een middagje Teamlab Borderless. Zie het filmpje op Facebook:
Dag 5 in hombu, en het begint een beetje routine te worden: wondje, tapeje, en weer door! Het is net of we een echte sport doen. Zie hier de gebruikssporen bij Emma en Maarten.
Ook het dagritme begint een beetje routine te worden: 5 uur opstaan, snel wakker spoelen onder de douche, en haasten naar de metro, aanmelden bij Hombu, omkleden en om 6.20 de mat op voor de eerste les (van Doshu of Dojo-cho). Na half uur pauze de tweede les en dan om 9.00 terug naar huis. Eten, slapen en om 14.00 weer richting de dojo voor de middagles. Dan anderhalf uur pauze, net genoeg tijd om weer om te kleden en een hapje bij de conbini te scoren. Dan nog 1 tot 2 uur training en terug naar huis, maar eerst nog even een hapje voor het slapen gaan (waar laten we het?!). Eenmaal terug nog even snel een was draaien, ophangen en dan naar bed.
De eerste en laatste les bij Hombu zijn het drukst bezocht. Veel zakenmensen komen even voor of na hun werk langs om te trainen. De middag les is vaak het rustigst. Ook zie je dat sommige leraren populairder zijn dan anderen. Zo kan je s middags zomaar ineens met 20 man op de mat staan bij een impopulaire leraar (die stiekem toch wel erg leuk is!). En dan kan het zomaar gebeuren dat je als uke naar voren geroepen wordt! Het was weer een geslaagde dag, morgen weer verder.
6 februari
Vandaag alweer de laatste gezamenlijke dag in Tokyo. Dus ook de laatste dag dat ons appartement er zo bij hangt.
Vandaag begonnen met een beginnersles, zodat we met z’n allen samen konden trainen. Erg leuk om te zien hoe de beginnerslessen in Hombu gaan, en het is niet minder leerzaam.
Vanavond nog even met z’n allen op stap en dan splitsen we morgen op. Maarten blijft nog een paar dagen zwoegen in hombu dojo, terwijl de rest zich over “Kansai” (west-Japan) uitspreid. Kyoto, Osaka, Nara en Hiroshima, voor iet wat wils.
9 februari
Al ware het geschreven door JRR Tolkien zelf, is het reisgenootschap opgesplitst. Terwijl Maarten achter is gebleven in Hombu dojo om nog wat extra uurtjes te maken zijn de andere 4 op de shinkansen (hoge snelheidstrein) gestapt. Met 300 km/h zijn zij naar westelijk Japan verplaatst.
Dmitri, Jeffrey en Pascale zijn in Kyoto uitgestapt en zullen vanaf daar ook Nara en Osaka aandoen. Alle drie prachtige plaatsen. Zie de foto van het kasteel in Osaka, waar Dmitri heen is geweest, terwijl Jeffrey en Pascale zelfs op sneeuw werden getrakteerd bij een bezoek aan Ginkakuji.
Emma heeft met het atoombom herdenkingsmonument in Hiroshima voor wat zwaardere kost gekozen. Al leverde zelfs dat mooie plaatjes op.
Ook met Maarten hoeven we geen medelijden te hebben. Na al dat getrain verdiende ook hij een dagje rust, welke hij dankzij de nieuw gemaakte vrienden in Hombu kon doorbrengen in een onsen (Japans badhuis).
Dinsdag komt de groep weer bijeen in Kyoto voor een seminar, en daarna volgen nog een paar dagen rust, ja, zelfs voor Maarten.
13 februari
De rust is wedergekeerd in Japan. De trainingen in Hombu dojo goed afgesloten met een laatste les van Yokota-shihan. Samen met onze nieuwe Italiaanse vrienden om een foto gevraagd en dat vond hij geen probleem, sterker nog: de hartelijke groeten aan Erik en alle leden van Aikidojo! Vroeger kwam Yokota-shihan regelmatig bij Erik op bezoek in Amsterdam en toen hij hoorde dat Maarten een leerling was van Erik lichte zijn ogen op.
Na de training heeft Maarten nog even met een oud klasgenote afgesproken in Tokyo. De moeder van deze oud-klasgenote is degene die onze prachtige Kamiza gemaakt heeft. Ook dit weerzien was super gezellig.
De volgende ochtend is ook Maarten naar Kyoto gereisd, waar rond het middaguur een stage zou beginnen met twee vrouwelijke topdocenten, waaronder Miyuki Kumazawa (wiens dojo we eerder bezocht hebben). Terwijl we nog snel even een paar onigiri (rijstballen) naar binnen werkten voor de deur van de dojo kwamen er een aantal bekende gezichten langs. Kennelijk waren we niet de enigen die vanaf Tokyo afgereisd waren, verbazing alom.
De stage was erg leuk, en belooft wat voor begin maart, wanneer Kumazawa sensei in Nederland les komt geven (zet het groots in je agenda!). Op onnavolgbare wijze weet zij een aikido stijl neer te zetten die tegelijkertijd zacht en krachtig is. 7 en 8 maart, grijp je kans!
De rest van de dagen zullen we slijten met de nodige tempelbezoeken. Jeffrey en Pascale gaan naar de hertjes in Nara, terwijl de rest jn Kyoto blijft en bijvoorbeeld het Nijo-kasteel zullen bekijken, bekend van de “nachtegaalvloer” die “zingt” wanneer je er overheen loopt (om te waarschuwen voor indringers).
15 februari
De Japan reis 2020 loopt op zn einde! We konden het echt niet laten, en hebben gisterochtend nog even een lesje meegedaan bij Yoko Okamoto Sensei, een van de hoogst gegradueerde vrouwen ter wereld. Haar dojo in Kyoto organiseerde de stage afgelopen dinsdag.
Daarna zijn Emma en Maarten naar de bekende Fushimi-inari Schrijn geweest, waar honderden oranje poorten een waar doolhof op de berghelling vormen.
Ook voor jullie gevonden: de nieuwste lekkernij bij de Japanse donutzaken: oliebollen!
Morgen staat de wekker voor de verandering weer vroeg, en terwijl heel Nederland nog ligt te slapen stappen Emma, Dmitri en Maarten op het vliegtuig naar Nederland, waar we rond het vallen van de avond zullen aankomen. Jeffrey en Pascale blijven nog iets langer plakken om van de prachtige pruimen bloesem te genieten.
Kuzushi is een Japans woord wat vaak vertaald wordt als “balansverstoring”. In de context van aikido is dit zeker een correcte vertaling, maar een Japanner die op een ladder staat te wankelen zal je niet begrijpen. Dit komt omdat kuzushi eigenlijk een heel andere betekenis heeft, het gebruik binnen aikido is redelijk uniek.
Balansverstoring
Kuzushi betekent zoiets als “uit elkaar vallen”, “afbreken” of zelfs “slopen”, wat een beetje ruig klink in onze tere aikido-oren. Het woord wordt veelal gebruikt in de bouw, om de sloop van een constructie te omschrijven. Ook het uit elkaar vallen van een formatie, zoals bijvoorbeeld in het leger, kan kuzushi zijn. Hoewel het slopen van een gebouw behoorlijk ruw kan klinken is dat vaak niet het geval.
Kunst van het slopen
Vaak staat een gebouw niet los, er staan gebouwen omheen. De kunst van het slopen is niet een gebouw te laten instorten, maar dit op zo’n manier te doen dat andere gebouwen niet beschadigen. Een gecontroleerde ontmanteling dus. En dan klinkt het ineens een stuk meer als aikido. Niet met je spierballen iemand omver trekken, maar iemand gecontroleerd naar de grond krijgen zonder die ander daarbij te beschadigen.
Goede kuzushi betekent goede controle over je partner. Deze krijg je door een goede balansverstoring te realiseren. Bij de ander uiteraard, niet bij jezelf! Iemand die “uit balans staat” is over het algemeen druk bezig zijn balans te herstellen, niet met jou aanvallen. Dit maakt kuzushi tot een van de belangrijke peilers van het aikido, en het is dan ook een van de dingen die beoordeeld wordt op het examen.
Een typisch Japanse tijdsbesteding in de lente is hanami – letterlijk “bloem kijken”. Wie ooit heeft opgelet tijdens de lente begrijpt misschien waarom, sommige bloesems zijn gewoon prachtig. Toch steekt er meer achter.
Van oudsher hebben Japanners een diepgaand besef en waardering voor het passeren van de tijd, en de verandering in de seizoenen die deze teweeg brengt. Waar wij Nederlanders vaak van heinde en verre ingrediënten importeren om het hele jaar door te kunnen genieten van exotisch eten, is het in Japan veel normaler om seizoensgebonden groentes te kopen en bereiden. Een cynist zal zeggen dat het komt omdat het Japanse eten wél het hele jaar door lekker smaakt, maar dit bewustzijn zie je ook terug in andere gebruiken. Het Japanse schooljaar begint bijvoorbeeld gelijktijdig met de natuur: in de lente.
Seizoensvieringen
Pruimenbloesems
In Japan kent elk jaargetijde zijn eigen evenementen, en voor de lente is dit hanami. De fruitbomen staan in bloei en de pracht aan de pruimenbomen wordt slechts overschaduwd door die van de kersenbloesems. Te meer omdat deze schoonheid van slechts tijdelijke aard is (vaak nog geen twee weken!), wordt er in Japan veel waarde gehecht aan het ervaren van dit fenomeen. Dit wordt dan ook op grote schaal gedaan, vaak onder het genot van wat te eten. De meest typische snack is onigiri – rijstballen. Van oudsher is onigiri een van het meest gebruikte eten voor op reis. Ook in vele lunchpakketjes zitten ze verstopt.
Tegenwoordig zijn de onigiri op elke straathoek te koop bij een convencience store (een kleine winkel tussen een kiosk en supermarkt in), maar ook elke huisvrouw heeft een eigen recept. Zalm, tonijnvlokken of ingemaakte pruim, er zijn allerlei varianten, en subtiele verschillen in recept. Met de onigiri op zak wordt er een soort picknick georganiseerd tussen of onder de bloesems. Twee weken lang zijn er groepjes oma’s, huisvrouwen, gezinnen, klasgenoten en collega’s te vinden op de beste plekjes. Hoewel er veel kernsenbloesems geplant staan, kent elke regio zijn eigen hoogtepunten.
Kersenbloesems in Almere
Door het soms grillige voorjaarsweer is het altijd lastig te voorspellen wanneer de bomen in bloei zullen staan, en menig toerist heeft zich erop verkeken bij het maken van zijn/haar reisschema. Gelukkig kunnen we ook in Almere genieten van deze prachtige bloesems, bijvoorbeeld in de Eikenstraat in Parkwijk en vooral de Terracottastraat in de Regenboogbuurt. Heb je tips voor mooie hanami plekjes? Laat het ons weten.
Alternatief bij slecht weer
Ben je meer een binnenmens? Of valt het voorjaarsweer erg tegen? De Japanse animatiefilmbyosoku 5 senchimetoru (5 centimeters per second) geeft een iet wat trage, maar prachtig en levensecht geanimeerde blik op het dagelijks Japanse leven tegen een achtergrond van kersenbloesems, die volgens de overleving met 5 centimeter per seconde naar beneden dwarrelen.
Bij het beschrijven van aikido technieken wordt er vaak gerefereerd aan kihon en ki no nagare. Het feit dat in beide termen “ki” voor komt, impliceert dat deze twee woorden iets met elkaar te maken hebben, maar niets is minder waar.
Kihon
De basis: taisabaki
Kihon (基本) is een algemeen Japans begrip wat letterlijk “basis wortel” betekent. De basis dus, die aan de wortel ligt van je ontwikkeling. Hoewel een algemene term, wordt het vooral veel gebruikt voor allerhande krijgskunsten. Toch kan de betekenis voor deze krijgskunsten sterk verschillen. Wat over het algemeen tot kihon wordt gerekend zijn de basisstapjes, houdingen, valtechnieken; de bouwstenen waar de rest van de training mee gevormd wordt. Als men naar technieken kijkt wordt het een stuk lastiger, bij judo zijn heupworpen bijvoorbeeld een van de eerste dingen die je leert, sommigen zullen het een onderdeel van de judo-basis noemen, terwijl bij aikido dit een (ver) gevorderde techniek is.
Ook binnen aikido is het lastig om specifieke technieken als “kihon” aan te wijzen. Wat vanaf de ene aanval een heel logische en simpele techniek is, is vanaf een andere aanval heel lastig. Verschillende stijlen zullen ook verschillende technieken als basis nemen. Bij Aikidojo Poort zijn er zes technieken die je als eerste zult leren, die technieken zou je “kihon” kunnen noemen. Deze technieken zijn:
Een dynamische uitvoering van een basis techniek
Ikkyo
Nikyo
Irimi-nage
Tenchi-nage
Shiho-nage
Kote-gaeshi
Ki no nagare
Ki no nagare (気の流れ) is een Japans begrip wat letterlijk zoiets als “het stromen van energie” betekent. Vrij vertaald zou je kunnen spreken van “dynamisch trainen”. Het wordt vaak gebruikt in contrast met kihon – de basis, maar deze begrippen staan eigenlijk los van elkaar. De ki in kihon doelt op de basis, de ki in ki no nagare op energie.
De eerste technieken die je bij aikido leert zul je in het begin redelijk statisch oefenen. Je wordt vast gepakt en loopt stap voor stap door de techniek heen. Zodra dit beter gaat kun je langzaam dynamischer gaan oefenen, bijvoorbeeld trainen zonder te stoppen, of niet meer wachten tot je vastgepakt wordt maar al beginnen met bewegen. In die zin is ki no nagare iets wat je oefent als je de basis kent, maar dit kun je nogsteeds met kihon-waza (basis technieken) doen. Je kunt dus ook niet spreken van “ki no nagare technieken”, het is een manier van trainen.
Deze twee begrippen zijn dus niet tegengesteld. In de basis hebben ze niets met elkaar te maken, maar binnen het aikido liggen ze in elkaars verlengde.
De meeste technieken binnen aikido hebben een omote en een ura kant. Maar wat betekent dat eigenlijk? Veel leraren zullen het vertalen als “voor en achter” of “direct en indirect”, maar zoals zoveel andere Japanse woorden zijn het woorden die zich lastig laten vertalen.
Omote, 表, betekent letterlijk “zichtbaar” of “voorkant”. Het wordt gebruikt voor de zichtbare kant van een papiertje wat op tafel ligt, de voorzijde van een gebouw en de kopzijde van een munt. Ura, 裏, is hier precies het tegenovergestelde van. De benedenzijde van dat papiertje op tafel, de achterzijde van een gebouw of “munt” wanneer je een muntstuk omhoog gooit.
Voor en achter
Een omote techniek: ikkyo
De vertaling “voor en achter” lijkt daarmee helder. Om te onthouden welke kant je op moet bij een techniek wordt vaak als ezelsbruggetje gezegd: “Omote is de Open kant” en “uRa heeft de r van Rug”. Helaas gaat dit niet op voor alle technieken. Veel technieken zoals irimi-nage en tenchi-nage vinden bijna per definitie achter uke plaats. Het is dan apart om een van de twee varianten als “voorzijde” te bestempelen. Op dat moment wordt de omote variant vaak als “directer” uitgelegd. Dit is echter geen officiële vertaling van omote. De reden dat er toch van omote en ura gesproken wordt is waarschijnlijk meer traditioneel.
Het gebruik van omote en ura is ouder dan de meeste krijgskunsten. Vroeger waren krijgskunsten voorbehouden aan de krijgersklasse (de samurai). Er waren verschillende scholen met eigen stijlen. Elke school probeerde de eigen technieken geheim te houden om zo krijgers met een andere stijl te kunnen verrassen en verslaan. Deze stijl-scholen werkten als een soort besloten familie, en het was niet ongebruikelijk om een bloedeed af te leggen, waarmee je je trouw aan een school beloofde.
Een ura techniek: ikkyo
Elke school deelde haar technieken op in omote en ura. Omote waren de technieken die men toonde aan nieuwkomers, degene die nog geen bloedeed hadden afgelegd, en nog geen sterke band hadden met de school. Pas wanneer iemand het vertrouwen gewonnen had kreeg hij (het waren altijd mannen) een deel van de ura technieken te zien. Hoe loyaler de leerling, hoe meer hij te zien kreeg. Ook hier zie je dus de betekenis “zichtbaar” en “verborgen” terug, alleen is het nu meer metaforisch en niet direct gerelateerd aan de positie ten opzichte van uke. Deze metaforische invulling van de termen zie je ook terug in het dagelijks leven, waar omote hetgeen is wat je aan de buitenwereld toont, en ura hetgeen wat binnenshuis blijft.
Open krijgskunst
Aikido is geen “gesloten” krijgskunst zoals bijvoorbeeld Katori Shinto Ryu dat wel is. Er is daarom geen sprake van een bloedeed, en geen sprake van verborgen technieken. Aan het einde van de tweede wereldoorlog is besloten om aikido met zoveel mogelijk mensen over de hele wereld te delen. Dit betekende meteen het einde van de techniek zoals deze uitgevoerd moet worden, en liet ruimte over voor verschillende interpretaties door verschillende leraren en beoefenaars, met alle voor- en nadelen van dien.
Omote betekent “voor” en “zichtbaar”, en kan daarnaast bij aikido duiden op een directere techniek. Ura betekent “achter” of “verscholen” en kan daarnaast bij aikido duiden op een indirecte techniek.
Aisatsu is het Japanse woord voor (be)groeten, iets wat Japanners nog veelvuldig doen. Net zoals wij in Nederland decennia geleden mensen op straat begroetten doen de Japanners dit nog steeds regelmatig. Het is een onderdeel van de Japanse beleefdheid. Vaak gaat het om bekenden die je vaker ziet, zonder daar een specifieke band mee te hebben. Bijvoorbeeld de bakker op de hoek, of de viskraam onderweg naar je werk, waar je 3 jaar geleden voor het laatst iets gehaald hebt.
Over het algemeen bestaat de groet uit een beleefde kreet, zoals ohayo gozaimasu (goede morgen) of o negai shimasu (ik doe een verzoek). Dit kan eventueel gepaard gaan met een buiging. Kinderen wordt groeten al jong geleerd en vertellen soms ook aan hun ouders dat ze die dag een bepaalde persoon “begroet” hebben.
Verschillende groeten
Bij aikido gebruiken we een beperkt aantal groeten op de mat, voornamelijk aan het begin en einde van de les. Hier vind je de drie meest voorkomende groeten, met uitleg en vertaling:
o negai shimasu betekent letterlijk “ik doe een verzoek”, maar zouden wij eerder vertalen als “alsjeblieft”. Het is een uitdrukking die veelvuldig gebruikt wordt, zowel losstaand als in combinatie met andere woorden. Bijvoorbeeld wanneer iemand vraagt of je thee wil en je antwoord bevestigend, of wanneer je vraagt of iemand iets voor je kan doen. Binnen aikido wordt het voornamelijk gebruikt aan het begin van de training.Leraar en leerlingen nodigen elkaar dan uit om samen constructief te trainen, en van elkaar te leren.
arigato gozaimashita betekent letterlijk “heel erg hartelijk bedankt” oftewel “dank u wel”. Ook deze uitdrukking is zeer gangbaar in het Japanse leven, vaak losstaand, maar eventueel in combinatie met andere woorden. Bijvoorbeeld wanneer iemand je iets geeft, of voor je gedaan heeft, of wanneer je gevraagd wordt of je thee wilt, en antwoord “nee, dank je”. Binnen aikido wordt het voornamelijk gebruikt aan het einde van de training. Leraar en leerlingen bedanken elkaar voor de training en de wederzijdse inzet.
yoroshiku o negai shimasu is de bekendste en meest voorkomende samenstelling met o negai shimasu. Het is tevens een van de lastigst te vertalen Japanse termen. Letterlijk betekent het zoiets als “ik doe een verzoek voor een goed verloop”. Als dat nog niet vaag genoeg is moet je je realiseren dat dit te pas en te onpas te gebruiken is. Sterker nog, het is bijna nooit fout om het te zeggen.
Een goed verloop
Het goede verloop doelt meestal op een goed verloop van de samenwerking of relatie tussen twee personen. Het is dan ook vaak een van de eerste dingen die gezegd wordt bij een kennismaking, een soort “aangenaam kennis te maken” dus. Het gebruik is echter veel breder. Als er plannen worden gemaakt om ergens af te spreken en iemand moet extra vroeg opstaan om de trein te halen, is “dank je wel” soms iets te zwaar beladen, “succes” iets te broederlijk, en yoroshiku o negai shimasu de juiste respons. In dit geval wordt overigens het verloop van het plan, niet de relatie, bedoelt.
Een ander typisch moment om het te gebruiken is wanneer je een verzoek doet voor een ander. Bijvoorbeeld wanneer een leerling of kind op reis is en een kennis van jou onderdak biedt (een zeldzaamheid). Met yoroshiku o negai shimasu laat je zien dat je dankbaar bent voor het aanbod, en je tegelijkertijd hoopt dat de persoon die onder jouw verantwoording valt zich netjes gedraagt.
Het is een uitdrukking die niet specifiek bij aikido gebruikt wordt. Toch zul je het in de loop der jaren in contact met buitenlandse leraren wel voorbij horen komen. Weet je niet wat je moet antwoorden? Yoroshiku o negai shimasu is altijd een optie.